Auteurs: Schenk, L., Sentse, M., Lenkens, M., Nagelhout, G. E., Engbersen, G., & Severiens, S. 

Emotionele nabijheid tussen mentor en mentee wordt in de mentoring literatuur gezien als een belangrijke indicator voor relatiekwaliteit. Voor jongvolwassenen die instrumentele mentoring ontvangen, is het onduidelijk in hoeverre emotionele nabijheid en praktische steun van belang zijn.

We pasten voor huidig onderzoek een mixed-method design toe, gebruikmakend van kwantitatieve data van een instrumenteel mentorprogramma in Rotterdam (N = 53), en kwalitatieve data van een deelgroep (N = 10). Er werden twee statistisch onderscheidende clusters van nabijheid gevonden; 49% van de mentees rapporteerde een hoge mate van nabijheid en 51% rapporteerde een lage mate van nabijheid in hun mentorrelatie. Semi-gestructureerde interviews werden gebruikt om de rol en ontwikkeling van nabijheid voor mentees in beide clusters te illustreren, en in de huidige studie worden drie cases gepresenteerd.

Het ervaren van nabijheid lijkt een gevolg van het ontvangen van instrumentele ondersteuning, geen voorwaarde. De eerdere relationele ervaringen van jongvolwassenen kunnen in sommige gevallen de lagere niveaus van nabijheid verklaren, maar dit belette de jongvolwassenen niet altijd om te profiteren van de steun van hun mentor.

Lees meer of download het artikel hieronder.